Rente stijgt, maar nauwelijks bij spaarrekeningen

De spaarrente bij de grootbanken schommelt momenteel tussen de 1,5 en 2 procent. Bij kleinere banken en buitenlandse aanbieders is de rente vaak een stukje hoger. Maar geen enkele bank biedt tarieven die in de buurt komen van de 4 procent. Waarom niet eigenlijk?

Banken kunnen het verklaren
Volgens de banken is daar een goede verklaring voor. Als zij de spaarrente verhogen, geldt die verhoging direct voor vrijwel álle spaartegoeden. Alleen de rente op spaardeposito’s staat voor een bepaalde tijd vast en stijgt daarom niet mee. De hogere rente op hypotheken en leningen daarentegen geldt alleen voor de nieuwe. Iedereen die al een persoonlijke lening met een lage rente had, behoudt die voor de hele looptijd. Ook hypotheken hebben een rentevaste periode. En omdat de rente zo laag was, hebben veel huiseigenaren in de achterliggende jaren die vaste renteperiode op 20 jaar gezet. Voor hen blijft de hypotheekrente dus nog heel lang op hetzelfde lage niveau. Met een hogere spaarrente zijn banken dus direct duur uit, van een hogere rente op vaste leningen profiteren ze slechts geleidelijk aan.

Voor een hogere spaarrente kan het verstandig zijn om bij verschillende banken te kijken. Kleinere banken bieden vaak een hogere rente. Er zijn ook nieuwe toetreders op de Nederlandse markt die met een hoog rentetarief nieuwe klanten willen verleiden. Ook daarvan zou u kunnen profiteren. Wel is het belangrijk dat u zich prettig voelt bij een bank en dat u zich niet voor een half procent extra rente zorgen maakt.

Het gaat om meer dan rente
De hoge rente van het moment maakt geld lenen duur. Ook voor een hypotheek en een persoonlijke lening is het verstandig om te kijken naar verschillende aanbieders. Overigens gaat het bij leningen om meer dan alleen het allerscherpste tarief. Ook de leenvoorwaarden zijn van belang voor uw keuze. Een lening moet passen bij uw persoonlijke situatie, nu en later.